Titel 11 – Rechtsvorderingen
Toelichting Jurisprudentie
Verjaring rechtsvordering uit onverschuldigde betaling
Een rechtsvordering uit onverschuldigde betaling verjaart door verloop van vijf jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de schuldeiser zowel met het bestaan van zijn vordering als met de persoon van de ontvanger is bekend geworden en in ieder geval twintig jaren nadat de vordering is ontstaan.
Toelichting Jurisprudentie
Verjaring rechtsvorderingen tot betaling
Rechtsvorderingen tot betaling van renten van geldsommen, lijfrenten, dividenden, huren, pachten en voorts alles wat bij het jaar of een kortere termijn moet worden betaald, verjaren door verloop van vijf jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de vordering opeisbaar is geworden.
Toelichting Jurisprudentie
Verjaring van vordering tot nakoming
Een rechtsvordering tot nakoming van een verbintenis uit overeenkomst tot een geven of een doen verjaart door verloop van vijf jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de vordering opeisbaar is geworden. In geval van een verbintenis tot nakoming na onbepaalde tijd loopt de in lid 1 bedoelde termijn pas van… lees meer »
Toelichting Jurisprudentie
Verjaring rechtsvordering
Indien de wet niet anders bepaalt, verjaart een rechtsvordering door verloop van twintig jaren.
Toelichting Jurisprudentie
Bevoegdheden arbiters
De in de voorgaande artikelen van deze titel aan de rechter toegekende bevoegdheden komen mede aan scheidsmannen toe, tenzij partijen anders zijn overeengekomen.
Toelichting Jurisprudentie
Collectieve actie
Een stichting of vereniging met volledige rechtsbevoegdheid kan een rechtsvordering instellen die strekt tot bescherming van gelijksoortige belangen van andere personen, voor zover zij deze belangen ingevolge haar statuten behartigt en deze belangen voldoende zijn gewaarborgd. De belangen van de personen tot bescherming van wier belangen de rechtsvordering strekt, zijn voldoende gewaarborgd, wanneer de rechtspersoon… lees meer »
Toelichting Jurisprudentie
Instellen rechtsvordering: toevertrouwde belangen
Een rechtspersoon als bedoeld in artikel 1 van Boek 2 kan een rechtsvordering instellen die strekt tot bescherming van gelijksoortige belangen van andere personen, voor zover hem de behartiging van deze belangen is toevertrouwd. De leden 3, aanhef en onderdeel c, en 4 van artikel 305a zijn van overeenkomstige toepassing.
Toelichting Jurisprudentie
Instellen rechtsvordering: buitenlandse organisatie
Een organisatie of openbaar lichaam met zetel buiten Nederland welke geplaatst is op de lijst, bedoeld in artikel 4 lid 3 van richtlijn nr. 2009/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende het doen staken van inbreuken in het raam van de bescherming van de consumentenbelangen (PbEG L 110), kan… lees meer »
Bevoegdheden gerechtshof Den Haag
Het gerechtshof Den Haag kan op verzoek van een stichting of vereniging met volledige rechtsbevoegdheid, die krachtens haar statuten tot taak heeft de bescherming van gelijksoortige belangen van andere personen: bevelen dat degene die een overtreding pleegt van de wettelijke bepalingen, bedoeld in onderdeel a van de bijlage bij de Wet handhaving consumentenbescherming, die overtreding… lees meer »
Toelichting Jurisprudentie
Rechtsvordering niet los overdraagbaar
Een rechtsvordering kan niet van het recht tot welks bescherming zij dient, worden gescheiden.