Afdeling 5 – Beëindiging van het ouderlijk gezag

Onder toezicht in plaats van schorsing

In plaats van schorsing van beide ouders of van een ouder in de uitoefening van het gezag als bedoeld in artikel 268, kan de rechtbank een kind onder toezicht stellen als bedoeld in artikel 255mits aan de grond hiervoor is voldaan.

Schorsen ouderlijk gezag

De rechtbank kan een ouder geheel of gedeeltelijk in de uitoefening van het gezag schorsen indien: een ernstig vermoeden bestaat dat de grond, bedoeld inartikel 266, eerste lid, aanhef en onder a of b is vervuld en de maatregel noodzakelijk is om een acute en ernstige bedreiging voor de minderjarige weg te nemen, of een… lees meer »

Beëindiging van het gezag

Beëindiging van het gezag kan worden uitgesproken op verzoek van de raad voor de kinderbescherming of het openbaar ministerie. Tevens is degene die niet de ouder is en de minderjarige gedurende ten minste een jaar als behorende tot zijn gezin verzorgt en opvoedt bevoegd tot het doen van het verzoek indien de raad voor de… lees meer »

Gezag van een ouder beëindigen

De rechtbank kan het gezag van een ouder beëindigen indien: een minderjarige zodanig opgroeit dat hij in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd, en de ouder niet de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding, bedoeld in artikel 247, tweede lid, in staat is te dragen binnen een voor de persoon en de ontwikkeling van de minderjarige… lees meer »