Boek 6 Artikel 56 (6:56 BW)
Verjaring
Een bevoegdheid tot opschorting blijft ook na verjaring van de rechtsvordering op de
wederpartij in stand.
Toelichting
Artikel 6:56 BW geeft een uitzondering op de hoofdregel dat de schuldenaar alleen kan opschorten als hij een opeisbare vordering op zijn schuldeiser heeft. Ook na verjaring blijft de bevoegdheid tot opschorting bestaan. Door verjaring wordt het vorderingsrecht van de schuldenaar niet aangetast. Alleen de mogelijkheid om hier in rechte tegen op te komen (de zogenaamde rechtsvordering) verjaart.