• Boek 2 Artikel 10 (2:10 BW)

    Boekhoudplicht

    1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de rechtspersoon en van alles betreffende de werkzaamheden van de rechtspersoon, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de rechtspersoon kunnen worden gekend.
    2. Onverminderd het bepaalde in de volgende titels is het bestuur verplicht jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar de balans en de staat van baten en lasten van de rechtspersoon te maken en op papier te stellen.
    3. Het bestuur is verplicht de in de leden 1 en 2 bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
    4. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.

    Toelichting

    Op grond van artikel 2:10 BW bestaat er een administratieverplichting voor het bestuur: het bestuur moet zorgen dat de administratie van de rechtspersoon op orde is. Maar wanneer is de administratie ‘op orde’? In de wet is bepaald dat ’te allen tijde de rechten en verplichtingen’ moeten kunnen worden vastgesteld. Maar wanneer is dat het geval? Dat zal afhangen van de grootte van de rechtspersoon en de soort onderneming die de rechtspersoon drijft. Voor een multinational (zoals Shell of Unilever) worden andere eisen gesteld dan voor de bakker op de hoek van de straat.

    In principe heeft de boekhoudplicht interne betekenis. Het gaat hier niet om het openbaar maken van deze gegevens, maar om het houden van een goede administratie.

    Geen boekhouding: onbehoorlijke taakvervulling

    Artikel 2:10 BW is gericht tot het bestuur van een rechtspersoon. Als niet aan de verplichtingen uit dit artikel wordt voldaan, ontstaat er het vermoeden dat deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van het faillissement van een vennootschap. Dit volgt uit artikel 2:138 lid 2 BW en artikel 2:248 lid 2 BW. Als niet aan de boekhoudplicht wordt voldaan, wordt dus snel(ler) bestuursaansprakelijkheid aangenomen.

    Bewaartermijn

    Op grond van artikel 2:10 lid 3 BW moeten de gegevens die onderdeel uitmaken van de boekhoudplicht zeven jaar bewaard worden. Voorheen was deze termijn tien jaar, maar dat is in 1998 veranderd.

    Jurisprudentie

    Geen jurisprudentie beschikbaar.